Van het oude De Combi naar het nieuwe Van Omme & De Groot
Je bent goed in transformeren, verbouwen, onderhouden en renoveren. Dan is het niet zo gek als je ook jezelf eens flink aanpakt. Dat is dus precies wat er gebeurt met De Combi. In 2014 nam Van Omme & De Groot na een faillissement de activiteiten van deze specialist in onderhoud en renovatie over. Na vier jaar is het tijd om De Combi en de onderhoudsafdeling (zie p. 6) van Van Omme & De Groot volledig samen te voegen. Zo ontstaat een tweede pijler binnen de onderneming: Van Omme & De Groot transformatie en onderhoud. Da’s mooi, want je staat nu eenmaal steviger op twee benen.
“Dit is dus een van de redenen dat we hier weggaan”, zegt Olivier Hoogveld, als hij met zijn hand een paar vliegen probeert weg te slaan. We treffen elkaar in het bedrijfspand, aan de Keenstraat in de Spaanse Polder. “Hiernaast zit een bedrijf dat nogal wat vliegen aantrekt, dus met de ramen open is het geen doen.” We gaan het hebben over die andere reden waarom hier aan het eind van 2018 geen De Combi meer op de gevel zal staan. En waarom dan alle vakmensen in transformatie, onderhoud, verbouw en renovatie in een veel groter nieuw onderkomen zitten, net als de complete materieeldienst van Van Omme & De Groot overigens. Kortom we gaan het hebben over de samenvoeging van De Combi en de onderhoudsafdeling (zie p. 6) van Van Omme & De Groot. Die samenvoeging krijgt niet alleen een nieuw onderkomen, maar ook een nieuwe naam. “Waarschijnlijk zal het Van Omme & De Groot Transformatie en Onderhoud worden. De nieuwbouwprojecten blijven als vanouds aangestuurd worden vanuit de Heemraadssingel.” Zo snel als Olivier het nu even uiteenzet, zo snel is de samenvoeging van de twee onderhoudsbedrijven niet gegaan. Met de verhuizing naar de Sevillaweg komt een eind aan een intensief traject, dat begon in 2014, het jaar dat Van Omme & De Groot besloot om De Combi Rotterdam en De Combi Den Haag over te nemen. “Het ging ons vooral om De Combi Rotterdam. We zagen toen al dat deze regionale vestiging een mooie aanvulling zou kunnen zijn op onze activiteiten. Van Omme & De Groot hecht al sinds jaar en dag veel belang aan onderhoud en renovatie. Hier lag een kans om die positie verder uit te bouwen. Maar het duurde even voordat we van twee onderhoudsbedrijven echt één hebben kunnen maken.”
Verschillende culturen
Direct na de overname van De Combi in 2014 is ervoor gekozen om het oude bedrijf zo autonoom mogelijk door te laten werken. Dus niet meteen alles omgooien, eerst even rustig alles aanzien. Olivier over die periode: “De Combi hoorde weliswaar vanaf dat moment bij Van Omme & De Groot, maar zou wel de eigen broek moeten ophouden. Dus zelf klanten werven en die optimaal van afdeling zijn. De mensen van de onderhoudsdienst van Van Omme & De Groot trokken in bij De Combi. De gedachte was dat daar vanzelf een eenheid uit zou ontstaan. Maar toen gebeurde er wat bij elke samenvoeging van bedrijven gebeurt. Mensen moeten aan elkaar wennen. Er zijn cultuurverschillen. Bij Van Omme & De Groot hebben we bijvoorbeeld als stelregel dat je fouten moet kunnen maken. Spring maar in het diepe, dan leer je het snelst zwemmen. Bij De Combi waren ze dat niet zo gewend, dus dat ging wringen. Daarnaast zagen we dat in zakelijk opzicht niet altijd de weg werd gekozen die we bij Van Omme & De Groot voor ogen hadden. Op enig moment bedachten we dat een nieuwe leiding de gewenste verandering in een stroomversnelling zou kunnen brengen. Guus de Groot ging op zoek naar een nieuwe directeur voor De Combi en ik stak mijn vinger op. ‘Maar zoiets heb je nog nooit gedaan’, zei Guus. Dat klopte, want ik was op dat moment nog projectleider, ik had geen managementfunctie. ‘Dat is waar’, zei ik, ‘maar ik heb wel feeling voor waar we naartoe willen, met m’n ervaring binnen Van Omme & De Groot.’ Dus zo maakte ik de overstap, als nieuwe operationeel directeur van De Combi, met op de achtergrond Ruud de Schepper als medebestuurder. Mijn eerste taak was: nu echt eenheid creëren, weg met die verschillende bloedgroepen. Begin 2015 kwam daar zelfs nog een bloedgroep bij. Van Omme & De Groot nam de lopende werken, het personeel en de handelsnaam van het failliete Zevenbergen over, organisatorisch werd een en ander bij De Combi ondergebracht.”
Muren slopen
Olivier zag wat elke directeur na een fusie ziet: tussen de medewerkers van de verschillende bedrijven zitten muren en drempels, en die zitten vooral tussen de oren. “In dit geval zaten die muren er ook écht. De uitvoerders van De Combi en van Van Omme & De Groot zaten in verschillende ruimtes. Dus om te beginnen hebben we die muur eruit gesloopt en we hebben de medewerkers de mogelijkheid gegeven om lid te worden van dezelfde personeelsvereniging. Langzaam maar zeker zijn we ook steeds meer mensen gaan uitwisselen op projecten. Dus niet meer kijken wie waar vandaan komt, maar gewoon kijken wie de beste is voor een bepaalde klus. Wat ook hielp: iedereen eenzelfde logo op de bedrijfskleding. Zo sleutel je met z’n allen aan allerlei elementen om naar de gewenste eenheid toe te groeien. Zo’n proces moet je even de tijd geven. Maar nu zijn we dan zover dat de verschillende uitvoerders en vakmensen elkaar echt kennen en steeds beter waarderen. De weerstand over en weer is verdwenen, de herkomst speelt geen rol meer. Het is hoogstens voor opdrachtgevers soms nog even wennen. Ik snap dat ook wel, verandering roept altijd enige weerstand op. Dat is mensen eigen. Maar nu het stof is neergedaald, kunnen we de eenheid nog beter gestalte geven. Dat doen we door de verhuizing naar de Sevillaweg, ook hier in de Spaanse Polder. Van daaruit werken alle onderhoudsmensen voortaan samen. We zijn nu in alles één bedrijf. Daarnaast worden de verschillende locaties van de materieeldienst allemaal op de Sevillaweg ondergebracht. Dat levert grote logistieke voordelen op.”
Improviseren of organiseren
Een bezoek aan het nieuwe onderkomen aan de Sevillaweg maakt de omvang van het nieuwe bedrijfsonderdeel van Van Omme & De Groot nog eens goed zichtbaar. Want de opmerking van Olivier dat er dagelijks niet minder dan 44 busjes met onderhoudsmensen rondrijden, dat is een getal. Rondlopen in de nieuwe bedrijfshal maakt pas duidelijk om hoeveel mensen en materieel het gaat. “Je ziet hier heel goed dat transformatie, verbouw en onderhoud echt een heel andere tak van sport is dan nieuwbouw”, vertelt Olivier. “Bij nieuwbouw draait het vooral om hoe het werk wordt uitgevoerd. Je hebt een lange voorbereiding, het gaat vooral om organiseren. Je hebt daar steeds meer te maken met veel prefab, dus veel bestellingen. En je moet je onderaannemers en hun vakmensen om je heen organiseren. Bij verbouw en transformatie ligt dat anders. Je hebt in verhouding tot nieuwbouw veel meer eigen vaklui en spullen nodig, want elk werk is net weer even anders. Als je 40 oude woningen renoveert of een kantoorpand transformeert, dan loop je dagelijks tegen verrassingen aan. Daar moet je als uitvoerder bovenop zitten. Bij nieuwbouw moet je je vooral aan de standaardprocessen houden, bij onderhoud en transformatie is er vaak amper sprake van standaard. Het is dus meer organiseren én improviseren. Het bijzondere van Van Omme & De Groot is dat we het allebei doen. We realiseren zowel een centrumplan van 80 miljoen als de verbouw van een woonhuis. Onze specialisatie is dus dat we álles doen.”
Scherp en fris blijven
Olivier ziet in die combinatie veel voordelen. “Er is een voortdurende kruisbestuiving tussen de grote projecten en de projecten gericht op transformatie en onderhoud. Er vindt uitwisseling van mensen over en weer plaats, bijvoorbeeld. Zo voorkom je dat mensen volledig op de automatische piloot gaan draaien. Je hebt nieuwe vakmensen ook meer te bieden, want bij Van Omme & De Groot doen we alles. Je kunt je dus specialiseren in nieuwbouw, maar je kunt je ook ontwikkelen tot een renovatiespecialist. En: iemand in opleiding kan bij ons alle mogelijke opdrachten vervullen, om zo alle benodigde punten te halen. We zijn een heel compleet en erkend leer-werkbedrijf.” Gevraagd naar de volgende stap van Van Omme & De Groot, ziet Olivier nu eerst vooral consolidatie. “Wij zijn nooit een onderneming geweest die steeds op zoek is naar een volgende overname. We houden altijd de ogen open voor acquisities, maar het is nooit een doel op zich. Het moet een mooie kans zijn en echt iets toevoegen. We willen wat we hebben graag gestaag uitbreiden, maar we gaan niet ‘groeien om het groeien’. Je moet het tenslotte ook kunnen bemannen.”